De Week van de Toegankelijkheid 2020 zit erop. Het was een spannende editie, want corona bracht veel onzekerheden. Gaan organisaties dit jaar meedoen? Is het thema digitale toegankelijkheid wel een thema waar mensen op aanslaan? Onze onzekerheid hierover bleek gelukkig onterecht.
Meer dan 120 organisaties hebben afgelopen week aandacht gevraagd voor digitale toegankelijkheid. Projectleider Wouter Bolier kijkt dan ook met een tevreden blik terug op de Week. Bolier: “De betrokkenheid en creativiteit van mensen en organisaties die met ons meedoen, maken mij blij.”
Wouter Bolier is beleidsmedewerker toegankelijkheid bij Ieder(in). De Week ligt hem na aan het hart. Op 18-jarige leeftijd raakte Bolier plotsdoof, twee jaar later kreeg hij een gehoorimplantaat. Sindsdien is hij slechthorend. Hij weet dus uit eigen ervaring hoe belangrijk digitale toegankelijkheid is.
Ter afsluiting blikken we met hem terug op de Week van de Toegankelijkheid 2020. Wat maakte indruk? Wat is het effect van de Week? En wie moeten er in actie komen?
Waarom is de Week van de Toegankelijkheid belangrijk?
Het doel van de Week van de Toegankelijkheid is aandacht vragen voor toegankelijkheid in Nederland. Die aandacht is nog steeds nodig, en niet alleen voor gebouwen en woningen, maar ook voor de toegankelijkheid van het internet.
Dat die aandacht nog hard nodig is, bleek helaas onlangs weer uit recent onderzoek. Slechts 1% van de overheidswebsites is aantoonbaar digitaal toegankelijk. Dat is natuurlijk veel te weinig! En juist nu, in deze coronatijd, moet iedereen goed gebruik kunnen maken van overheidswebsites zoals de website van je gemeente, het RIVM en de GGD.
Wanneer erger jij je groen en geel aan digitale ontoegankelijkheid?
Ik ben zelf slechthorend en mijn grootste persoonlijke ergernis is wanneer een video geen ondertiteling heeft. Dit maak ik dagelijks mee op websites en sociale media. Ik vraag dan ook voortdurend aan mensen om hun filmpjes te ondertitelen. Niet altijd, maar vaak heeft het resultaat en ontvang ik een reactie.
Dan blijkt dat mensen ‘het vergeten’ waren. Ze zijn zich dus niet bewust van de noodzaak van ondertiteling. Terwijl uit onderzoek blijkt dat tot 4,5 miljoen mensen baat kunnen hebben bij ondertiteling. Tel daarbij op dat veel mensen sociale media zonder geluid gebruiken. Met goede ondertiteling bereikt je filmpje dus een veel groter publiek.
Wat mij ook stoort, is audio zonder transcript. Bijvoorbeeld een podcast, een radiofragment of een ingesproken bericht. Podcasts worden steeds populairder, maar die zijn voor mij en heel veel andere mensen compleet waardeloos. Daarom is het belangrijk om bij een audio-opname ook altijd een alternatief in tekst aan te bieden. Dan kunnen doven en slechthorenden er ook kennis van nemen. Als tip verwijs ik graag naar de informatie die de overheid hierover geeft.
Hoe kijk je terug op de Week van de Toegankelijkheid van dit jaar?
Door onzekerheden vanwege corona waren onze voorbereidingen een flinke uitdaging. Onze eerste plannen maakten nog net voor de coronacrisis. Die plannen hebben we moeten aanpassen.
Traditioneel focust De Week van de Toegankelijkheid veel op toegankelijke vrijetijdsbesteding en recreatie, maar tijdens de lockdown in maart, april en mei viel er nauwelijks nog iets te recreëren. We besloten de focus te verleggen naar digitale toegankelijkheid. En dat was maar goed ook, want precies een week voor De Week werden de coronamaatregelen weer aangescherpt!
Het was wat mij betreft een hele geslaagde Week met mooie diverse activiteiten. Ik kan ze hier niet allemaal opnoemen, maar onze website en social mediakanalen geven wel een goede indruk van wat er allemaal gepasseerd is.
Voor onszelf was ons online openingsfestival spannend. We hadden niet eerder zo’n grote online-activiteit met schrijf- en gebarentolken georganiseerd. Ik ben dan ook blij en vooral opgelucht dat het goed is verlopen. We krijgen hier veel positieve reacties en complimenten over.
Welke activiteit vond je deze week het meest verrassend?
Er waren zoveel interessante activiteiten en ik kon uiteraard niet overal aan deelnemen, maar ik was zelf erg onder de indruk van het symposium Digitale toegankelijkheid met overheidsorganisaties uit de provincie Drenthe. Ik woon in Drenthe, dus dat was natuurlijk een thuiswedstrijd voor mij. Ik werd verrast door de effectiviteit en hoge kwaliteit van de workshops.
De demonstratie van een blinde ervaringsdeskundige die liet zien hoe hij op een website de weg kwijtraakte, maakte wel indruk. Terwijl de oplossing technisch vrij eenvoudig is: een goede koppenstructuur om via het toetsenbord door de website te kunnen navigeren.
En als liefhebber van computerspelletjes vond ik het online spel Accessibility Game van Stichting Accessibility leuk en leerzaam. Het laatste level moet ik trouwens nog uitspelen!
Met welke activiteit was je het meest blij?
Gezien de moeilijke en spannende tijden door de coronacrisis ben ik eerlijk gezegd het meest blij met ALLE activiteiten die toch maar mooi deel uitmaakten van deze Week van de Toegankelijkheid. De betrokkenheid en creativiteit van mensen en organisaties die met ons meedoen, maken mij blij. Dat motiveert mij tegelijk als beleidsmedewerker om te werken aan meer en betere digitale toegankelijkheid. Ik hoop dat de Week ook op anderen dit effect heeft.
En welke activiteit raakte je het meest?
Persoonlijk ben ik het meest geraakt door de prachtige visueel toegankelijk gemaakte liedjes van Theo Stoop en Mirjam Stolk, en niet alleen omdat ze ondertiteld zijn of vertaald in gebarentaal. Ik beheers zelf de Nederlandse Gebarentaal en een beetje Internationale Gebaren. Ze vertolken perfect het gevoel van deze tijd, die voor velen spannend of moeilijk is.
Het ontroert mij dat ik hier ontspannen van kan genieten, omdat het gevoel en de sfeer bij de muziek voor mij zo toegankelijk en begrijpelijk gemaakt zijn.
Het liedje Brussel Moeten Heten van Acda en De Munnik is voor mij persoonlijk heel speciaal. Ik werd op mijn 18e plotsdoof en kreeg op mijn 20ste een gehoorimplantaat, waarmee ik tot op de dag van vandaag slechthorend ben. Als onderdeel van mijn gehoorrevalidatie destijds moest ik bij muziek leren zang te verstaan en de songtekst van het liedje meelezen.
Ik oefende toen veel met liedjes van Acda en de Munnik van het CD-album ‘Naar Huis.’ Het elfde nummer op dat album heet ‘Brussel moeten heten.’ Afgelopen week – dus vijftien jaar later – luisterde en vooral zag ik het liedje voor het eerst in gebarentaal en met ondertiteling terug. Wat kan toegankelijke en begrijpelijke muziek toch mooi zijn.
Wat hoop je dat het effect is van de afgelopen week?
Ik hoop het niet, ik weet het zeker: door de Week van de Toegankelijkheid is er meer bewustwording gekomen over het belang en de noodzaak van digitale toegankelijkheid. En in het kielzog daarvan ook meer bewustwording over audiovisuele toegankelijkheid; een van de lobbydossiers waar ik mij met veel passie voor inzet. Zo doe ik nog wat nuttigs met mijn ergernis over geen of slechte ondertiteling, zullen we maar zeggen!
Overigens heeft ook de coronacrisis de bewustwording over digitale toegankelijkheid vergroot. Als we ons later ooit afvragen of de coronacrisis ook positieve dingen heeft gebracht, dan verwacht ik dat het antwoord zal zijn dat onze samenleving digitaal toegankelijker is geworden.
Wie moeten er – in jouw ogen – vooral in actie komen om digitale toegankelijkheid echt goed verder te brengen?
Iedereen! Toegankelijkheid is volgens mij een gedeelde verantwoordelijkheid van iedereen in onze samenleving. Maar in het bijzonder lokale, regionale en landelijke overheden, want die hebben juist nu een morele plicht om toegankelijk, begrijpelijk en bereikbaar te zijn voor alle mensen in Nederland, met of zonder beperking. Overheidsorganisaties hebben daarnaast ook gewoon een wettelijke plicht. Helaas houden zij zich daar massaal niet aan, want zoals ik al eerder zei is slechts 1 procent van overheidswebsites aantoonbaar digitaal toegankelijk.
Wil je nog mensen of organisaties bedanken?
Bij de Week waren zoveel mensen en organisaties betrokken en ik kan ze hier niet allemaal bedanken. Sowieso ben ik iedereen die heeft bijgedragen en meegedaan, hoe groot of klein ook, organisator of deelnemer, dankbaar.
Verder dank aan de organisaties VNG, MKB Toegankelijk, Stichting Accessibility, Gebruiker Centraal en LKCA voor hun actieve bijdrage aan De Week. Daarnaast alle workshopleiders, gebarentolken en schrijftolken op ons online openingsfestival. Speciale dank ook aan ‘onze technische man’ van het openingsfestival: Sybren van Doesum van LiveOnlineEvents. En natuurlijk alle collega’s bij Ieder(in) en dan in het bijzonder Marije Hagendoorn en Margreet Jonge Poerink.